Een autolaadkraan kan worden ingezet voor heel wat verschillende opdrachten: van het laden en lossen van een paar paletten met tegels tot het hijsen van een zware generator of andere waardevolle en fragiele apparatuur.
Daarom is het belangrijk dat de operator van de autolaadkraan exact weet hoe een autolaadkraan veilig ingezet kan worden en wat de limieten zijn van het apparaat.
Tijdens deze opleiding laadkraan zorgt Prevom er voor dat alle inzichten verwerft die nodig zijn om op een veilige en efficiënte manier de opdracht tot een goed einde te brengen. zo kan de student dankzij een gebalanceerde mengeling tussen theorie en praktijk zelfzeker en autonoom met de autolaadkraan te werk gaan.
Hier volgt een zeer gedetailleerd overzicht van de eindtermen van de opleiding op theoretisch vlak.
De inhoud van de opleiding is steeds volledig conform de geldende normen.
De student(e) autolaadkraan bedienen die slaagt…
- Kent de veiligheidsfunctie van de operator van een autolaadkraan.
- Weet wat een werkvergunning is en kan deze zowel interpreteren als naleven.
- Begrijpt lasttabellen, begrijpt de werking van de lastmomentbegrenzer of andere overbelastingsbeveiligingen.
- Kent de verschillende aandrijvingen PTO, elektrohydraulisch, verbrandingsmotor) en hun toepassingsgebied.
- Weet welke factoren de belasting & de stabiliteit van de laadkraan en truck beïnvloeden.
- Kent het aanslagmateriaal en hijstoebehoren.
- Kent de gangbare hijstekens.
- Weet hoe een vrachtwagen op een veilige manier te beladen en lichte en zware lasten te stuwen tegen ladingverlies.
- Weet hoe men de risico’s aan eigen toestellen en ruimte kan vaststellen, analyseren en controleren.
- Kent de wetgeving (basis) voor een bediener van een autolaadkraan: ARAB, Codex, aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden, verplichte keuringen van kraan/hulpmiddelen/aanslagmateriaal.
Volgende veiligheidsvoorschriften zijn gekend:
- Nooit boven personen komen met een last.
- Rekening houden met elektrische circuits bij werk op hoogte
- Het observeren van een minimale veiligheidsafstand ten opzichte van hoogspanningslijnen.
- Risico’s in verband met de minimale doorrijhoogte.
- Mogelijke risico’s bij grondwerken en in de buurt van hellingen/taluds.
- Gevaren i.v.m. beklemming van de operator of collega’s.
- De mogelijke risico’s i.v.m. een val bij het opstappen/verlaten.
- Risico’s die voortkomen uit onverharde terreinen en een holle ondergrond bij afstempeling/neerzetten.
- Risico’s voortkomend uit verkeer in de buurt van de werkzaamheden.
- Gevaren die voortvloeien uit het manipuleren van ongebundelde goederen.
- Risico bij/door gebruik van de kraan door onbevoegden.
Volgende begrippen zijn gekend:
- Vaste (vooraan/centraal/achteraan) of verrijdbare constructie
- Snelwisselconstructies.
- Opbouw van de kraanarm.
- De verschillende aandrijfvormen.
- Het centraal smeersysteem.
- Manueel of hydraulisch bediende stempels
- Het aantal stempels.
- Bedieningsmodule (en de elementen hiervan) zoals hydraulische hendels of afstandsbediening.
- (Veiligheids)ventielen.
- Beveiligingen.
Men weet welke individuele beschermingsmiddelen men dient te dragen:
Veiligheidsschoenen, veiligheidshandschoenen, kledij tegen slechte klimatologische omstandigheden, een reflecterend vest bij werken in nabijheid van verkeer, een veiligheidshelm, …
Men weet welke hulpmiddelen er zijn:
Grijpers, pallethaken, klemmen, laadbakken, hijshaken, grondboren, aanslagmateriaal.
Men kent het aanslagmateriaal en aanverwanten:
Kettingen, hijsbanden, en staaldraadstroppen als aanslagmateriaal en onder andere hijsringen, harpsluitingen, D-sluitingen en hoekbeschermers als toebehoren. Men kan deze correct stockeren op de truck en kan deze gericht inzetten om een goede hijs te verwezenlijken (gewichtsbepaling, zwaartepunt vaststellen, hoek/figuur van aanslaan)
De startcontrole is gekend:
- Staat nakijken van slijtplaten, assen, bussen, leidingen.
- Het niveau van de hydraulische olie nakijken.
- Controle op lekken in het systeem.
- Controleren op juiste aansluiting en veilige toestand van de hulpmiddelen.
- Smering van het apparaat nakijken/bijwerken.
- De goede staat van de stempels en bijhorende borgingselementen verifiëren.
- Afstelling van de hydraulische bewegingen.
- Orde en netheid van de bedieningsplaats bewaren.
Daarnaast kent men uiteraard de verkeersreglementering bij gebruik op de openbare weg.
Hier volgt een gedetailleerd overzicht van de eindtermen van de opleiding op praktisch vlak.
De student(e) die slaagt…
- Kent de veiligheidsregels en kan deze toepassen.
- Kan veilig en efficiënt werken.
- Kan de dagelijkse inspectie uitvoeren (correct herkennen én melden van gevaarlijke defecten).
- Weet de PTO of andere aandrijfvorm correct in- of uit te schakelen.
- Kan de stabilisatoren veilig astempelen.
- Kan veilig op- en afstappen van de bedieningsplaats en het laadplatform van de autolaadkraan.
- Weet de bedieningselementen van de autolaadkraan correct te gebruiken.
- Kan de autolaadkraan uit transportpositie brengen zonder negatieve belasting aan het borgingssysteem of de vrachtwagencabine.
- Weet lichte en zware lasten veilig aan te slaan met aanslagmateriaal, en weet hoe men de slingerbeweging kan dempen en vermijden.
- Kan werken met hijstekens in de praktijk.
- Gaat netjes en ordelijk te werk.
De geslaagde student(e) kan volgende manoeuvres met de autolaadkraan vlot uitvoeren:
- Een last opnemen met de laadkraan van op een grondvlak.
- Pallets naast elkaar plaatsen voor- en achteraan op de laadruimte.
- Pallets neerzetten op een gecontroleerde en zachte wijze met een pallethaak (met een maximale speling van 20 cm).
- Lasten correct en veilig op elkaar stapelen op grondniveau.
- Een lange last opnemen met aanslagmateriaal van op een grondvlak en vervolgens neerplaatsen in de laadruimte op een beperkte plaats (met maximum 40 cm speling).
- Een last omdraaien zonder brutale/onstabiele bewegingen met de laadkraan.
- Afstanden en diepte accuraat inschatten.
- De autolaadkraan terug in een veilige transportpositie brengen.